Zoeken

Burgerschap in muziekonderwijs: 6 aanknopingspunten

Auteur: Mattanja Koolstra

Burgerschap moet volgens de politiek een groter onderdeel worden van zowel het primair als voortgezet onderwijs. Daar zijn zes speciale kerndoelen voor opgesteld (SLO, 2024). Veel muziekdocenten ervaren dat er in de praktijk al vrij veel aan burgerschap wordt gedaan in hun lessen. Luisteren naar elkaar, leren samenwerken en je creativiteit ontwikkelen zijn vaak al een fundamenteel onderdeel van muziekonderwijs op school. Maar wanneer is er precies sprake van burgerschapsonderwijs als je muziekles geeft? En hoe kun je de kerndoelen voor burgerschap inzetten om tot goed muziekonderwijs te komen? En hoe kunnen muzieklessen aan betekenis winnen door het kader van burgerschap expliciet te maken?

Burgerschapsonderwijs draait in essentie om alles wat leerlingen leren over onze diverse samenleving en hoe ze daaraan kunnen bijdragen. De Onderwijsraad (2012) adviseert dat leerlingen burgerschapscompetenties opdoen in de reguliere lessen. Alle vakken dragen dus verantwoordelijkheid voor burgerschapsvorming.

Muziekonderwijs kan ook bijdragen aan burgerschap. Het vraagt namelijk om een open houding, omdat je naar elkaar moet luisteren en elkaar de ruimte moet geven. Samenwerken bijvoorbeeld, staat op veel scholen in de muziekles centraal, waardoor leerlingen uitgenodigd worden om met elkaar te communiceren, feedback te geven en letterlijk op elkaar af te stemmen. Maar mensen kunnen door muziek ook gevoelens uitdrukken en daarmee weer emoties oproepen bij hun luisteraars. Het kan je daarmee in staat stellen om de emoties van anderen te begrijpen en te ervaren, en je leert je kwetsbaar op te stellen. Deze eigenschappen van muziek kunnen eraan bijdragen dat leerlingen leren om zich in een ander te verplaatsen en om rekening met elkaar te houden (Hallam, 2010). Dit sluit aan bij wat filosofen zoals Martha Nussbaum (2016) observeren: zij wijzen op de essentiële rol van kunstonderwijs bij het ontwikkelen van empathie en het bevorderen van een inclusieve samenleving, waarbij muziek wordt gezien als een krachtig middel om verbindingen te leggen tussen mensen van verschillende achtergronden.

Aandachtspunten voor goed burgerschapsonderwijs

In 2016 heeft het Kohnstamm Instituut een onderzoek gedaan naar good practices van burgerschapsonderwijs in het primair en voortgezet onderwijs (Nieuwelink et al., 2016). Dit onderzoek benoemt zes aanknopingspunten die scholen een richting kunnen geven bij de vormgeving van goed burgerschapsonderwijs. Die zes aanknopingspunten zijn:

Pedagogisch niveau

  1. Een veilige en open sfeer creëren

 

Didactisch niveau

  1. Werkvormen waarmee leerlingen leren vragen stellen en luisteren naar elkaar
  2. Praktische toepassingen van democratische principes
  3. Leraren besteden structureel aandacht aan maatschappelijke en politieke onderwerpen
  4. De wereld de school binnenhalen, de school naar buiten brengen

 

Schoolniveau

  1. Waarden formuleren waar de school voor staat

 

In dit artikel doen we op basis van die aanknopingspunten concrete aanbevelingen voor muziekonderwijs als burgerschapsonderwijs. Tegelijkertijd laten we in die concrete aanbevelingen zien hoe je aan de zes geformuleerde kerndoelen van burgerschap in jouw muziekonderwijs kunt werken.

 

Pedagogisch niveau

1. Een veilige en open sfeer creëren

Kerndoel

Binnen een veilige open sfeer is er plek voor elke leerling om zich kwetsbaar op te stellen, een eigen stem te vinden en een eigen identiteit te ontwikkelen. Zo kunnen jongeren leren vanuit hun eigen identiteit over te gaan tot actieve participatie in een democratische samenleving. Dit sluit aan bij kerndoel 2 over diversiteit en eigen identiteit in relatie tot de anderen.

Kerndoel 2 – Diversiteit: De leerling handelt respectvol vanuit kennis over een diverse samenleving.

Het gaat hierbij om:

  • verkennen van en reflecteren op de eigen identiteit in relatie tot anderen;
  • in gedrag rekening houden met ervaringen en perspectieven van anderen.

Veiligheid creëren

Tijdens de muziekles is het belangrijk om expliciet aan een veilige sfeer te werken door hier in de klas over te praten en afspraken over te maken. Samen muziek maken, zingen en improviseren is heel spannend, waardoor een veilige sfeer belangrijk is. Samen maak je die veilige sfeer waarin je mag zijn wie je bent en fouten mag maken. Hoe presenteren we een liedje aan elkaar en hoe luister je met respect naar elkaar? Hoe reageer je op elkaar als er iets fout gaat? Durven leerlingen voor de klas te zingen? Durven ze hun stem te laten horen en daardoor kwetsbaar te zijn? Durven ze zichzelf te laten zien?

Je kunt samen afspreken wanneer je precies ‘goed publiek’ bent. Leerlingen leren op deze manier respect voor elkaar te hebben en verantwoordelijkheid te nemen voor die veilige sfeer. Je kunt ook concrete doelen voor in de muziekles formuleren, zoals het samen scheppen van een veilige sfeer waarin iedereen zichzelf durft te presenteren en fouten mag maken. Het helpt om regelmatig te evalueren of de gekozen aanpak de gewenste resultaten oplevert.

Kwetsbaarheid

Brene Brown (2012) beschrijft kwetsbaarheid als basis voor het opbouwen van diepe verbindingen met anderen. Wanneer we onze kwetsbaarheid delen, nodigen we anderen uit om ook kwetsbaar te zijn, wat vervolgens kan leiden tot empathie en verbondenheid. Brown suggereert daarnaast dat kwetsbaarheid een cruciale rol speelt in het creatieve proces. Het toestaan van jezelf om kwetsbaar te zijn maakt het makkelijker om risico’s te nemen en nieuwe ideeën te verkennen. Belangrijk voor het creëren van een veilige en open sfeer waarin leerlingen kwetsbaar durven te zijn, is het geven van vertrouwen door nadruk te leggen op wat er al goed gaat.

Zelfvertrouwen

Zingen is spannend omdat je stem helemaal is wie je bent. Muziek maken is vertrouwen in eigen kunnen, is durven. In de muziekles zou het minder moeten gaan om hoe goed leerlingen het doen, maar dat ze het doen. Op die manier kan muziekonderwijs bijdragen aan vertrouwen in eigen kunnen en het vermogen jezelf te presenteren. Een mooi voorbeeld is de slogan ‘Vind je stem en deel wie je bent’ van de Utrechtse organisatie Vocal Statements die met muziekeducatie wil bijdragen aan de empowerment van jongeren uit krachtwijken. Met het programma wil Vocal Statements jongeren sterken in hun vermogen om contact te maken; opdat ze door samen te zingen, en statements te maken hun zelfvertrouwen ontwikkelen.

Vocal Statements op de nascholingsdag in Utrecht op 16-11-22. Foto: Anna van Kooij.

Muzikale identiteit en persoonlijke muzikale context

Het maken van muziek draagt bij aan identiteitsontwikkeling als je in de muziekles bewust kunt aansluiten op de persoonlijke interesses van de leerlingen. Wat heeft muziek thuis voor intrinsieke betekenis voor leerlingen? Leerlingen nemen vanuit hun eigen cultuur deel aan diverse subculturen waarin ook hun diversiteit tot uiting komt: de familie, de buren in de wijk, de schoolklas, de sportclub, het kerkkoor, maar ook bijvoorbeeld hobby- en internetomgevingen zoals YouTube. Deze subculturen hebben vaak een eigen muzikale context. Om hier zicht op te krijgen kun je leerlingen bijvoorbeeld de opdracht geven familieleden van verschillende generaties te interviewen over afkomst, muzikale gewoonten en rituelen, of je laat leerlingen een filmpje inleveren waarop ze muziek maken met (zoveel mogelijk) familie. Hierop aanhaken in de muziekles verstevigt de individuele muzikaliteit van leerlingen en geeft leerlingen tegelijk de mogelijkheid om te leren omgaan met muzikale verschillen.

Idiocultureel muziekonderwijs

‘Muziekonderwijs begint met begrip en waardering voor de muzikale bagage van de leerling’, zegt ook Evert Bisschop Boele, die dit idiocultureel muziekonderwijs noemt (Bisschop Boele & Van der Meer, 2019). Zet de leerling centraal en zie muziek als gedrag. Wat heeft muziek voor betekenis in hun leven? Muziek is als een soundtrack van belangrijke verhalen zoals een verjaardag, een bruiloft, een begrafenis, concerten, herinneringen. Laat leerlingen bijvoorbeeld hun lievelingsmuziek delen in de klas en vertellen wat ze er zo mooi aan vinden. Dit opent het gesprek naar identiteit, emoties, idealen, normen, waarden en opvattingen. De docent als gespreksleider zorgt dat dit gesprek gaat over respect en dat er ruimte is voor kritische reflectie (Terlingen, 2013). Zo komt er een koppeling tot stand tussen thuis en school en wordt het makkelijker om de mens te zien áchter de leerling.

Lees de lezing ‘Wie kiest de muziek’ terug die Evert Bisschop Boele gaf op 14 maart 2024.

Andere muziekculturen verkennen 

We gebruiken onze muzieksmaak om te laten zien bij welke subgroep we horen en om aan te geven binnen welke sociale groep we ons wensen aan te sluiten. Jongeren identificeren zich vaak met muziek en met popartiesten. Juist op scholen, tijdens de puberteit zijn jongeren op zoek naar wie ze zijn en is muziek een manier om die identiteit te zoeken of af te bakenen. ‘Andere muziek’ luisteren tijdens de muziekles kan werelden openen, waarvoor ze eerder geen belangstelling of weet van hadden. Luisteren naar andere, of onbekende muziek kan ook zorgen voor een andere houding ten opzichte van dingen die nieuw of onbekend zijn en interesse wekken om andere culturen te onderzoeken. Door te leren over overeenkomsten en verschillen tussen mensen en culturen worden kennis en tolerantie bevorderd. Leerlingen leren om zich thuis te voelen in een complexe wereld en niet bang te zijn voor iets onbekends. Je kunt leerlingen bijvoorbeeld laten deelnemen aan muzikale uitwisselingen met leerlingen van andere scholen met aandacht voor culturele diversiteit. Wie meer leert over een ander, leert meer over zichzelf.

Afbeelding ter illustratie. Foto: Harry Swales / Unsplash.

 

Didactisch niveau

2. Werkvormen waarmee leerlingen leren vragen stellen en luisteren naar elkaar

Kerndoel

Binnen burgerschapsonderwijs spelen dialogische werkvormen een belangrijke rol, waarbij leerlingen leren om hun eigen standpunt te verwoorden en naar anderen te luisteren. Dit kan ook onderdeel zijn van de muzieklessen, waarbij leerlingen elkaar vragen stellen over hun muzikale voorkeuren. Daarnaast kunnen we democratische waarden, zoals beschreven in kerndoel 3, benaderen door samen muziek te maken. Denk aan het naspelen van composities, samen componeren en (vrij) improviseren, waarbij luisteren naar elkaar en consensusvorming centraal staan.

Kerndoel 3 – Democratische waarden: De leerling geeft aan hoe diens handelen verbonden is met democratische waarden.

Het gaat hierbij om:

  • onderzoeken van de grenzen aan vrijheid, gelijkheid en solidariteit op individueel, collectief en planetair niveau;
  • reflecteren op de effecten van het eigen handelen op de omgeving en het welzijn van anderen, nu en in de toekomst.

Luisteren naar elkaar

‘Muziek is de kunst van het (willen) beluisteren en beluisterd worden, en heeft daardoor voortdurend een sterke socialiserende component. In de dialoog met de wereld klinkt voortdurend de eigen stem en die van de ander door. Daardoor kan muziek zo sterk verbindend en grensoverschrijdend werken’, aldus oud-voorzitter van VLS Reyer Ploeg. Muziekonderwijs kan ervoor zorgen dat de luistervaardigheden van leerlingen verbeteren. Je leert luisteren naar iets wat je nog niet kunt plaatsen, zelf stil zijn en het een plek proberen te geven. Een essentieel aspect van de democratie is luisteren naar en respecteren van de meningen van anderen. In de context van muziek maken, betekent dit dat muzikanten open moeten staan voor elkaars suggestie en feedback moeten kunnen geven en ontvangen.

Samenspelen

Muziek maken kan ook worden gezien als een democratisch proces waarbij leden van de groep samenkomen en discussiëren over welke richting ze willen volgen. Leerlingen moeten gezamenlijk beslissingen maken om tot oplossingen voor muzikale problemen te komen. Samen bouwen ze concreet aan iets moois: het laten klinken van een gezamenlijk muziekstuk.

Het doel is om het eens te worden over muzikale keuzes, zoals de structuur van een nummer, de toonsoort, het tempo, de dynamiek en andere interpretatieve aspecten. Muziek maken met elkaar is een samenspel van ruimte geven en ruimte nemen, en luisteren naar het geheel. Dit luisteren verwijst niet naar een woordelijk verstaan maar naar hetgeen een ander uitdrukt en wat er in muziek aan betekenis doorklinkt. Dit geldt zowel voor het naspelen van bestaande muziek als voor het componeren van eigen songs en improvisatie.

Improvisatie

Improvisatie neemt in het kader van burgerschap een speciale plek in. Omdat er nog weinig is vastgelegd wordt een groot beroep gedaan op de creativiteit van leerlingen en op hun flexibiliteit om in het moment zelf muzikale beslissingen te nemen.

Improvisatie is het betreden van een ruimte van muzikale mogelijkheden en daarin op zoek gaan naar de juiste energie, naar wat werkt, ín het moment. Dit vergt grote flexibiliteit, durf en veel gevoel voor het geheel. Een democratische samenleving vergt meer dan een geheel van regels, wetten en afspraken waaraan we moeten voldoen, maar staat of valt met de bereidheid om er samen iets moois van te maken in het moment met de gegeven ambivalenties en dissonanten die daarbij horen. Muziekimprovisatie kan dienen als een metafoor voor sociale situaties: je moet afstemmen op wat voor soort muziek er wordt gemaakt. Hoe is het samenspel? Is er ritme? Is er harmonie? Welke ruimte is er om te spelen? Wat is er al geregeld en wat is bepaald? Wat wordt er met elkaar ontregelt en in het moment spontaan ingezet? (Terlingen, 2013)

Methodes zoals Musicbox en Intro hebben improvisatieopdrachten opgenomen die richting geven in de aanpak, bijvoorbeeld door improvisatie te koppelen aan een bepaald stuk of een muzikale stijl.

Studenten op de Docent Muziekdag in Groningen op 22-03-24. Foto: Rik de Jong / VLS.

Reflectie en evaluatie

Reflecteren op het proces en de uitkomsten is een van de belangrijkste onderdelen van muziekonderwijs. Hoe vond je de samenwerking tijdens de opdracht? Hoe vond je het om op te treden voor de groep, voelde je je zeker van jezelf en was er support uit de groep? Intro werkt met dit soort vragen aan het eind van spelopdrachten. Na een blok van bijvoorbeeld vijf lessen kun je leerlingen bewust laten terugblikken op de periode. Wat hebben ze geleerd en hoe voelen ze zich daarbij? Wat willen ze nu leren en wat hebben ze daarvoor nodig? In de bovenbouw kunnen dit gesprekken zijn waarbij wordt teruggekeken op een concert en vooruit gekeken naar wat leerlingen graag verder willen leren.

Complimenten

Naast het reflecteren op de ervaring helpt het om optredens op film samen terug te kijken met de leerlingen zelf. Wat zien ze en wat voelen ze daarbij? Ze mogen dan alles meteen roepen wat ze denken: ‘Oh helemaal uit de maat! Je hoort mijn gitaar helemaal niet!’ Vaak formuleren leerlingen zelf wel wat er beter kan en is het de taak van de docent of medeleerlingen om ze te wijzen op het positieve: wat ging er allemaal goed, en waar hebben leerlingen talent voor? Je kunt de leerlingen bijvoorbeeld een compliment voor elkaar op een briefje laten schrijven over het concert. Dit zorgt voor meer verbinding in de klas doordat leerlingen benoemen wat ze aan elkaar waarderen en zich door elkaar gezien voelen.

 

3. Praktische toepassingen van democratische principes

Kerndoel

Als het gaat om praktische toepassingen van democratische principes moeten we goed kijken naar hoe we lesgeven en welke didactische keuzes we maken. Hóé je lesgeeft bepaalt ook hoezeer leerlingen de muziekles als een democratische oefenplek ervaren. Ben je een docent die voor de klas praat en vertelt hoe het moet, of bouw je ruimte in voor de bijdrage van leerlingen en nodig je hen uit om mee te denken en mee te doen vanuit hun eigen ideeën en identiteit? Het model voor authentieke kunsteducatie van Heijnen (2015) sluit mooi aan op kerndoel 5 en stimuleert democratische betrokkenheid door de klas te beschouwen als een leergemeenschap waaraan alle leerlingen kennis bijdragen vanuit hun eigen expertise.

Kerndoel 5 – Democratische betrokkenheid: De leerling verkent hoe die democratisch handelen in dagelijkse situaties kan vormgeven.

Het gaat hierbij om:

  • communiceren op een respectvolle wijze;
  • leren omgaan met de wensen en de stem van de minderheid in besluitvormingsprocessen;
  • reflecteren op proces en uitkomsten van inspraak en besluitvorming in de schoolomgeving.

Muziekklas als leergemeenschap

Door in de muziekles bewust didactische keuzes te maken waarbij we de klas beschouwen als een leergemeenschap, oefenen leerlingen om bij te dragen aan een collectief, dat wil zeggen: als actieve participant, waardoor ze onbewust vaardigheden aanleren die passen binnen burgerschap. In een leergemeenschap of ‘community of practice’ komen leden bijeen om een antwoord te vinden op een gezamenlijke ‘vraag’ (Lave & Wenger, 1991). Vanuit ieders persoonlijke praktijk wordt een bijdrage geleverd om nieuwe kennis te construeren om die vraag te beantwoorden. Zie het klaslokaal als een gemeenschap, een wereld in het klein waar iedereen deel van uitmaakt, regels opstelt, waardevol is, profiteert van elkaars verschillen, leert luisteren en leert presenteren. Het vak muziek leent zich om leerlingen actief te laten bijdragen en zo te oefenen met ‘actieve deelname aan de maatschappij’ waarin individuen iets verschillends bij te dragen hebben en elkaars bijdrage leren waarderen. Je hebt immers andere muzikanten nodig om samen te kunnen spelen. Concreet komt dit tot uiting als leerlingen met elkaar spelen in bandjes of een compositie maken in een groepje. Iedereen brengt iets anders in en alle verschillende talenten zijn nodig.

Transformatieve didactiek

Een belangrijk punt van burgerschapsonderwijs is dat burgerschapsvorming de klas nodig heeft. Het gaat om de interactie in de groep. In de klas vindt culturele en maatschappelijk socialisatie plaats. Vanuit de wetenschap weten we dat een indirecte, meer transformatieve didactiek beter werkt bij burgerschapsvorming, dan een normatieve didactiek, die voorschrijft. In de indirecte didactiek construeren leerlingen zelf betekenis en worden zij actief betrokken bij maatschappelijke thema’s. Deze didactiek, waarin bijvoorbeeld wordt gediscussieerd over controversiële onderwerpen in een open en veilig klassenklimaat zónder een specifiek perspectief te willen overdragen, lijkt een grote bijdrage aan burgerschapsontwikkeling te leveren (Geboers et al., 2013).

Informal learning

Participatie begint met motivatie; het willen bijdragen. Muziek kan een vak zijn waar leerlingen vanuit zichzelf al motivatie voor voelen omdat ze er zelf al mee bezig zijn. Lucy Green (2008) beschrijft in haar boek Music, informal learning and the school een model waarbij leerlingen zelf in bandjes spelen en informeel leren. Dit houdt in dat studenten vrijheid krijgen om hun eigen muzikale interesses te volgen en leren door actieve betrokkenheid in muzikale praktijken buiten de traditionele lesmethoden. Dit bevordert autonomie en gelijkheid in de klas, waarbij leerlingen samen beslissen over wat ze leren en hoe ze dat doen, wat democratische waarden van participatie en respect voor diversiteit bevordert.

Coöperatief leren

Ook Coöperatief leren in muziek (Evelein, 2007) is een methode die aanknopingspunten biedt om binnen de muziekles rollen te verdelen en te werken aan onderlinge afhankelijkheid, samenwerking en consensusvorming. De methode draagt bij aan democratische waarden door leerlingen te betrekken bij gezamenlijke besluitvorming over muzikale doelen en processen, waardoor een gevoel van gelijkwaardigheid en gedeelde verantwoordelijkheid ontstaat. Dit bevordert een cultuur van inclusiviteit en respect voor diversiteit, waarbij elke stem gehoord en gerespecteerd wordt, wat essentieel is voor een democratische samenleving.

 

4. Leraren besteden structureel aandacht aan maatschappelijke en politieke onderwerpen

Kerndoel

Het is belangrijk om structureel aandacht te geven aan onderwerpen rond burgerschap in de klas (Nieuwelink et al., 2016). Dat betekent dat er een vast onderdeel van elke les zou moeten zijn waarin leerlingen bezig zijn met de actualiteit en de mogelijkheden van hun eigen betrokkenheid daarbij, zoals genoemd in kerndoel 4.

Kerndoel 4 – Maatschappelijke betrokkenheid: De leerling verkent verschillende mogelijkheden om bij te dragen aan de samenleving.

Het gaat hierbij om:

  • onderzoeken van de rol en betekenis van maatschappelijke initiatieven, bewegingen en organisaties;
  • benoemen en waarderen van de eigen bijdrage aan de samenleving in dagelijkse situaties;
  • afwegingen maken van de eigen mogelijkheden om maatschappelijke betrokkenheid vorm te geven.

Muziek als spiegel van de maatschappij

Zowel actuele ontwikkelingen binnen de populaire muziek als onderwerpen uit de muziekgeschiedenis bieden aanknopingspunten om het over maatschappelijke en politieke issues te hebben. Muziek is een belangrijke cultuurdrager.

Muziek geeft culturele geschiedenis door, muziek geeft kritiek op de samenleving. Sociale verandering en emancipatie gaat samen met muziek en muziek kan bewustzijn creëren over misstanden of uitsluiting: Muziek en maatschappij; ze dansen hand in hand. (Terlingen, 2013)

Start de muziekles bijvoorbeeld met een kort stukje muzieknieuws en laat de leerlingen discussiëren over een prikkelende vraag.

Wat is bijvoorbeeld de verantwoordelijkheid en voorbeeldfunctie van popsterren en hoe dienen ze zich vervolgens te gedragen? Mogen bands drugs gebruiken op een podium? En kan muziek bijdragen aan het veranderen van de wereld? Denk bijvoorbeeld aan het lied Baraye van Shervin Hajipour tijdens de Iraanse protesten na de dood van de 22-jarige Koerdisch-Iraanse Jina Mahsa Amini. Of wat vinden leerlingen van de toegenomen rol van AI in de muziek, bijvoorbeeld een AI-tour van ABBA? En wat vinden ze van de socialemediastrategie om jongeren naar de opera te trekken van dirigent Lorenzo Viotti, bekend van het Nederlands Philharmonisch Orkest en De Nationale Opera? Ook in de methode BeatsNbits kun je allerlei opdrachten vinden waarin specifiek wordt ingegaan op de maatschappelijke waarde van popmuziek.

Muziekgeschiedenis is niet los te zien van de maatschappelijke en politieke geschiedenis: muziek en maatschappij zijn voortdurend in dialoog met elkaar. Op het Conservatorium van Amsterdam wordt het vak ‘Music and Social Change’ gegeven. Het vak gaat over manieren waarop muziek een rol speelt in sociale en politieke bewegingen. Studenten denken na over hun eigen muziek en het potentieel ervan om muzikaal en sociaal leven te veranderen door voorbeelden van muzikaal activisme te verkennen. Denk daarbij aan mensenrechtenactivisme zoals Afro-Amerikaanse work songs uit de negentiende eeuw, muzikanten als Art Blakey, Charles Mingus en Nina Simone, maar ook Esperanza Spalding en Beyoncé.

Hoe kan muziek invloed hebben op sociologische en maatschappelijke ontwikkelingen? Met die vraag gingen masterstudenten Dimitra Alexiou, Dane Paris en Wytze Minne de Swart aan de slag in het kader van het eerdergenoemde vak, dat gegeven wordt door Loes Rusch. Over hun bevindingen schreven ze een artikel dat hier te lezen is.

Bob Marley. Foto: Getty Images.

Protestliederen

Protestliederen zijn een ideaal thema om kritisch burgerschap mee te bevorderen. Leerlingen kunnen zelf protestsongs of activistische liederen schrijven. Dit geeft leerlingen de mogelijkheid om op een creatieve, ongedwongen en vrije manier over complexe maatschappelijke vraagstukken thema’s te denken en een eigen visie daarop te vormen. In zijn boek Op de vuist: Vijftig jaar politiek en protestliedjes in Nederland laat Laurens Ham (2020) zien hoe actief burgerschap tot uiting komt in de muzikale vorm van protestliederen. Op de website protestliedjes.nl zijn afspeellijsten met bijbehorende liedjes te beluisteren. De methode Musicbox besteedt in de box Popgeschiedenis 3 expliciet aandacht aan protestliederen. Leerlingen moeten zelf op zoek naar protestliederen en onderzoeken waar ze over gaan en hoe de muziek maatschappijkritiek geeft.

 

5. De wereld de school binnenhalen, de school naar buiten brengen

Kerndoel

Laat wat leerlingen leren, betekenis krijgen in de wereld en laat wat leerlingen maken, een bijdrage zijn aan de wereld waarin ze leven. Neem leerlingen mee naar concerten en laat ze nadenken over de bredere maatschappelijke en morele context van deze activiteiten. Zo kunnen leerlingen hun persoonlijke opvattingen naar buiten brengen en meedenken over het bijdragen aan oplossingen voor problemen zoals genoemd in kerndoel 6 over mogelijkheden om te handelen ten opzichte van maatschappelijke vraagstukken.

Kerndoel 6 – Maatschappelijke vraagstukken: De leerling weegt af welke mogelijkheden die heeft om ten aanzien van maatschappelijke vraagstukken te handelen.

Het gaat hierbij om:

  • uitdrukken van persoonlijke idealen en opvattingen;
  • reflecteren hoe de eigen identiteit en waarden het handelen kunnen beïnvloeden;
  • erkennen welke individuele en collectieve bijdragen aan oplossingen mogelijk zijn.

Actie in de wereld

Merlijn Twaalfhoven is een voorbeeld van een muzikant en componist die muziek inzet om maatschappelijke veranderingen tot stand te brengen. Twaalfhoven (2020) beschrijft in zijn boek Het is aan ons hoe de kracht van muziek werkt als een middel tot sociale verandering en verbinding. Hij heeft verschillende projecten uitgevoerd over de hele wereld waarbij muziek wordt gebruikt als een instrument voor dialoog, begrip en gemeenschapsopbouw. Zo liet hij op Cyprus mensen rond de grens muziek met elkaar maken. Zowel aan de Griekse als Turkse zijde werd er samen gemusiceerd op daken en balkons. ‘Kunst is geen ding maar een ervaring. Niet de uitvoering, maar de ontmoeting moet geweldig zijn’. Op zijn website roept hij iedereen op om bij te dragen: ‘Met verbeeldingskracht, schoonheid en creativiteit wereldproblemen te lijf, doe je mee?”

Een voorbeeld uit de praktijk van hoe leerlingen zich muzikaal met maatschappelijke en politieke situaties kunnen bemoeien zijn de klimaatstakingen. Tijdens de klimaatstakingen stonden leerlingen van het Hyperion Lyceum zij aan zij een protestsong te zingen. Dit lied hadden ze zelf gecomponeerd en gedurende de staking aan alle reizigers op het perron, in de trein en op het station aangeleerd. Er waren gitaren en ukeleles, het lied werd onderweg getransponeerd omdat dat lekkerder zong. Dit was leren vanuit intrinsieke motivatie en de muziek kreeg betekenis in een sociaal maatschappelijke context doordat de leerlingen door hun muziek een verbinding aangingen met elkaar en hun omgeving. De muziek verbond hen met elkaar en met de wereld die ze wilden veranderen. De leerlingen leverden een actieve deelname aan een gemeenschap, binnen de klas en aan de maatschappij.

Concertbezoeken

Veel muziek, theater en dansvoorstellingen zijn gemaakt vanuit een maatschappelijk thema. Een mooi voorbeeld van een geëngageerde muziektheatervoorstelling was EICHMANN van Bo Tarenskeen. In het bijbehorende educatietraject discussieerden leerlingen in de klas over vrije wil en verantwoordelijkheid, en maakten ze composities hierover die aan het eind van de voorstelling in het theater werden uitgevoerd.

In de bovenbouw-muziekklas werken we op het Hyperion Lyceum met de strippenkaart: leerlingen bezoeken per schooljaar 5-10 concerten tijdens de georganiseerde lunchconcerten op school en in concertzalen in de stad. Leerlingen gaan naar concerten en muziektheatervoorstellingen waar het over maatschappelijke thema’s gaat. Ze kunnen dit zelf organiseren en er een presentatie over voorbereiden en die geven aan de rest van de klas.

Benefietconcerten

De verbinding met maatschappelijke initiatieven in de buurt is ook een mooie manier voor leerlingen om met maatschappelijke vraagstukken aan de slag te gaan. Je kunt leerlingen hier zelf over laten meedenken of zoeken naar verbindingen via ouders. Zo vonden we op het Hyperion Lyceum via een vader het Concertgemaal, een bijzondere plek om leerlingen een benefietconcert te laten organiseren. Voor de stichting Muziek voor Kinderen haalden de leerlingen geld op om instrumenten te kopen voor kinderen in een weeshuis in Oeganda.

Het inrichten van oefensituaties om leerlingen te begeleiden bij de ontwikkeling van sociale en maatschappelijke competenties kan ook dichtbij school. Zo gaven leerlingen van muziekdocent Leon van Mook (2020) muzikale optredens in het zorgcentrum naast hun school, zo viel te lezen in De Pyramide van Gehrels Muziekeducatie.

De stationspiano’s zijn ideaal voor een flashmob:

 

Schoolniveau

6. Waarden formuleren waar de school voor staat

Kerndoel

Scholen moeten zelf een heldere visie formuleren op wat zij onder burgerschap verstaan en welke doelen zij daarin nastreven (Eidhof, 2020). Muziek kan daarin een ondersteunende rol vervullen of zelfs een voorbeeldfunctie hebben. Laat muziek een proeftuin zijn voor het soort burgerschap waar de school voor staat. Door muziek en verbindende muzikale activiteiten actief zichtbaar te maken in de school en het schoolplan, kan dat een bijdrage leveren aan het vormgeven van een democratische schoolcultuur zoals genoemd in kerndoel 1.

Kerndoel 1 – Schoolcultuur: De school zorgt voor een democratische cultuur.

Het gaat hierbij om:

  • zorgen voor een veilige schoolomgeving met aandacht voor diversiteit en inclusie;
  • samen met leerlingen vormgeven van een democratische cultuur;
  • aandacht besteden aan actualiteit en maatschappelijke vraagstukken in samenhang met verschillende leergebieden.

Schoolplan

Maak muziek zichtbaar. Veranker de muzikale activiteiten die op school plaatsvinden in het schoolplan en op de website van de school en vermeld expliciet waarom muziekonderwijs eigenlijk ook burgerschap is. Muziek krijgt betekenis in de verbinding tussen muzikant en publiek of tussen muzikanten onderling. Zoals Merlijn Twaalfhoven (2020) schrijft, gaat het erom dat “niet de muziek, maar de ontmoeting geweldig moet zijn”.

Zo kan muziekonderwijs ook tot doel hebben om die verbinding te maken tussen mensen onderling en tussen mensen en hun omgeving. Maak muziek zichtbaar in en buiten de school. Laat zien wat er in het muzieklokaal gebeurt door de deur open te zetten! En, schoolleiders, kom kijken in dat muzieklokaal. Ga naar de (examen)concerten en de jaarlijkse musical.

Organiseer themadagen, projectweken, excursies of gastlessen over diversiteit, democratische waarden, de werking van de democratische rechtsstaat of maatschappelijke vraagstukken ondersteund met live muziek.

De waarde van rituelen

Gebruik muziek en muzikale rituelen binnen een school als verbindend element. We hebben rituelen nodig die ons verbinden met elkaar, en muziek die we samen kunnen zingen. Het schoolkoor, de vocal group, het orkest of de (big)band waarin leerlingen van alle klassen samenspelen met docenten. Organiseer op een vaste dag in de week een lunchconcert in de aula, auditorium of gewoon het muzieklokaal om leerlingen voor elkaar te laten optreden en muzikanten van buiten een concert te laten geven. Voorbeeldgedrag door het gehele team is belangrijk, bijvoorbeeld docenten die mee-musiceren met het koor of schoolorkest.

Ouderbetrokkenheid

Geef leerlingen de ruimte om in de school mee te besluiten over voor hen relevante onderwerpen, zoals regels in het muzieklokaal of toetsmomenten en -vormen waarop ze beoordeeld willen worden. Betrek leerlingen bij het inrichten van het muzieklokaal met posters en foto’s van leerlingen die optreden, en andere plekken in de school waar muziek gemaakt kan worden buiten de lessen om zoals bandhokjes, een hoek met een piano, of een bank met gitaren.

Stimuleer ouderbetrokkenheid bij de school, bijvoorbeeld door ze mee te laten spelen bij open podia, concerten en schoolopdrachten, en hun expertise en connecties op muziekgebied in te zetten.

 

Conclusie

Muziekonderwijs kan aan alle gestelde kerndoelen voor burgerschap een bijdrage leveren door het expliciet te maken. Muziek is een manier om een persoonlijk verhaal te vertellen en daarmee hoorbaar te zijn en te participeren. Werk aan een veilige omgeving waar leerlingen kwetsbaar kunnen zijn en hun identiteit kunnen ontwikkelen in dialoog met een diverse omgeving. Leerlingen leren luisteren naar elkaar in het geheel. Laat ze zoveel mogelijk samen muziek maken: samenspelen, componeren, improviseren. Fouten maken moet! Laat de actualiteit resoneren in de muzieklessen en laat zien hoe muziek en maatschappij in de hele geschiedenis met elkaar verweven zijn en op elkaar reflecteren. Kies bewust voor didactische werkvormen waarin zoveel mogelijk ruimte is voor leerlingen om zelf bij te dragen. Laat ze hun eigen songs schrijven en die buiten de school opvoeren om nieuwe verbindingen tot stand te brengen. Muziek vervult een grote functie binnen rituelen die scholen kunnen inzetten voor het vormgeven en verstevigen van een democratische schoolcultuur in het algemeen. Dus: laat het vak muziek een proeftuin zijn voor het soort burgerschap waar de school voor staat en laat het iedereen horen!

 

Bronnen

Bisschop Boele, E., & Van der Meer, K. (2019). Op weg naar idiocultureel muziekonderwijs: een casestudie. Cultuur+Educatie, 18(52), 54–69. https://www.lkca.nl/wp-content/uploads/2021/12/cultuur-plus-educatie-52-Naar-idiocultureel-muziekonderwijs-Evert-Bisschop-Boele-Kees-van-der-Meer.pdf

Brown, B. (2012). Daring greatly: How the courage to be vulnerable transforms the way we live, love, parent, and lead. Penguin Life.

Eidhof, B. (2020). Handboek Burgerschapsonderwijs voor het voortgezet onderwijs (2de editie). ProDemos. https://prodemos.nl/app/uploads/2022/12/prodemos-handboek-burgerschapsonderwijs-binnenwerk.original.pdf

Evelein, E. (2007). Coöperatief leren in muziek. ThiemeMeulenhoff.

Geboers, E., Geijsel, F., Admiraal, W., & Ten Dam, G. (2013). Review of the effects of citizenship education. Educational Research Review, 9, 158–173. https://doi.org/10.1016/j.edurev.2012.02.001

Green, L. (2008). Music, informal learning and the school: A new classroom pedagogy. Ashgate Publishing.

Hallam, S. (2010). The power of music: Its impact on the intellectual, social and personal development of children and young people. International Journal Of Music Education, 28(3), 269–289. https://doi.org/10.1177/0255761410370658

Ham, L. (2020). Op de vuist: Vijftig jaar politiek en protestliedjes in Nederland. Ambo|Anthos.

Heijnen, E. J. M. G. (2015) Remixing the art curriculum: How contemporary visual practices inspire authentic art education [Proefschrift, Radboud Universiteit]. Radboud Repository. https://repository.ubn.ru.nl/bitstream/handle/2066/143969/143969.pdf

Lave, J., & Wenger, E. (1991). Situated learning: Legitimate peripheral participation. Cambridge University Press. https://doi.org/10.1017/cbo9780511815355

Nieuwelink, H., Boogaard, M., Dijkstra, A. B., Kuiper, E., & Ledoux, G. (2016). Onderwijs in burgerschap: Wat scholen kunnen doen: lessen uit wetenschap en praktijk. Kohnstamm Instituut.

Nussbaum, M. C. (2016). Not for profit: Why democracy needs the humanities. Princeton University Press.

Onderwijsraad. (2012). Verder met burgerschap in het onderwijs. https://www.onderwijsraad.nl/binaries/onderwijsraad/documenten/adviezen/2012/08/27/verder-met-burgerschap-in-het-onderwijs/verder-met-burgerschap-in-het-onderwijs.pdf

SLO. (2024). Conceptkerndoelen burgerschap en digitale geletterdheid. https://slo-kerndoelen.files.svdcdn.com/production/uploads/assets/updates/DEF_kerndoelenboekje_BU_DG.pdf

Terlingen, J. (2013). Muzikaal burgerschap [Masterscriptie, Universiteit voor Humanistiek]. University of Humanistic Studies Research Portal. https://research.uvh.nl/ws/portalfiles/portal/14944131/Full+Text.pdf

Twaalfhoven, M. (2020). Het is aan ons: Waarom we de kunstenaar in onszelf nodig hebben om de wereld te redden. Atlas Contact.

Van Mook, L. (2020, september). Muziekles en burgerschap: Leerlingen zingen met ouderen met dementie. Gehrels Muziekeducatie. https://www.gehrelsmuziekeducatie.nl/artikelen/muziekles-en-burgerschap

Misschien vind je dit ook interessant

Imke Driessen schreef een muziekmethode voor kinderen met een taalontwikkelingsstoornis

Arjaan Verheule: “Walgelijk positief”

Hoe kom je tot vakintegratie vanuit muziek in het basisonderwijs?